‘Geef ons ruimte’

Op een mooie herfstzondag had ze onlangs zin om lekker even te pielen met een bal. Met een voormalige ploeggenoot van Willem II tufte ze naar Nijmegen. Daar kende ze een perfect kunstgrasveldje met doeltjes.  “Heerlijk, onbevangen acties maken.” Was getekend Kirsten van de Ven (rechts op foto), ambitieus profvoetbalster van het Zweedse Tyresö FF, maar bovenal een liefhebster.

Ze is daarnaast ook begaan met het vrouwenvoetbal, dat in Nederland nog altijd in de steigers staat. Zwartkijkers concluderen dat het nationaal – en dus ook internationaal – nooit echt wat zal worden met de voetballende vrouwen. Het moet gezegd: het peil van de vier jaar geleden opgerichte eredivisie vertoont inderdaad geen stijgende lijn en de belangstelling van publiek en media is tanende. Vanaf de zijlijn roept Kirsten van de Ven (25) op tot geduld én de noodzakelijke aanpassingen. Opdat haar geliefde sport toekomstig een volwassen sport wordt.

Ze wil graag relaxed zijn en is dat ook vaak. Maar als bepaalde onderwerpen worden aangeroerd, krijgt ze een rood hoofd en staan de aders in de nek gespannen. Want Kirsten van de Ven is ook een winnaar, een vrouw die weet wat ze wil. De ontwikkeling van het vrouwenvoetbal in Nederland maakt pas op de plaats en dat knaagt. “Maar je moet daarbij niet vergeten waar we vandaan komen. In de beginjaren zeventig werd pas voor het eerst een interland gespeeld. Pas sinds een paar jaar traint een selecte groep speelsters vijf keer per week onder leiding van gekwalificeerde trainers. Een prima ontwikkeling die verder uitgebouwd moet worden. Met andere woorden: het is niet gek dat het vrouwenvoetbal in Nederland zich bevindt waar het nu staat.”

Omdat de voetbalvrouwen in Nederland de amateurstatus zelden of nooit kunnen ontstijgen, kiest een groot gedeelte, met name in de groep vanaf 27 jaar, op een bepaald moment voor een maatschappelijke carrière. “En dat is uiteraard van invloed op de ontwikkeling van het niveau.” Voor Van de Ven is de kennismaking met een ander land en een andere sportcultuur in dat opzicht een verademing. Als studente maakte ze het mee in de Verenigde Staten en tegenwoordig in Zweden. “Als je beelden ziet uit Afrika over hoe er met mensen wordt omgegaan, denk je dat wij in Nederland goed bezig zijn. Nou, ik kan je vertellen dat het verschil met Zweden wat ons betreft ook groot is, hoor. Ik heb het gevoel alsof mensen daar gelijkwaardiger worden behandeld.”  Ruim een halfjaar Noord Europa heeft haar ogen wederom geopend.

De competitie daar is sinds half oktober ten einde en zodoende verblijft Van de Ven tot januari in Nederland, onderbroken door een trip met Oranje naar Brazilië. Vorige week wipte ze snel even over naar Stockholm voor het nationale voetbalgala. Ze was genomineerd voor de verkiezing van de beste aanvalster in de Damallsvenskan, de Zweedse profcompetitie. Die prijs ging naar landgenote Manon Melis van Malmö. “Zij stond daar samen met Zlatan Ibrahimovic op het podium. Zoiets zou hier ook moeten gebeuren. Daar is het de normaalste zaak van de wereld. Op de dag na een wedstrijd publiceren de kranten twee pagina’s met alles over het vrouwenvoetbal. Onze wedstrijden komen regelmatig live op televisie. Tijdens het afgelopen WK in Zuid Afrika schoven vrouwelijke Zweedse internationals aan voor de analyses. Ik ben van nature een positief ingesteld mens, maar zulke dingen zijn hier mijlenver weg. Jammer, want het zou onze sport een enorme stimulans geven.”

Dus ja, het bevalt de Heesche van geboorte uitstekend in Scandinavië. Ze kan zich al enigszins verstaanbaar maken in het Zweeds, hoewel dat eigenlijk niet nodig is omdat vrijwel iedereen vloeiend Engels spreekt. “Alleen de teambespreking gaat in het Zweeds. Zeker in het begin begreep ik daar natuurlijk geen snars van, maar dat voelde niet als een belemmering. Daar doen ze niet zo moeilijk over tactiek, althans bij mijn club. Onze coach gaat voornamelijk uit van het enthousiasme van de speelsters zelf. Ja, het peil is een stuk hoger in vergelijking met Nederland. ‘Jeetje, wat zijn ze sterk’, dacht ik in het begin. Ik werd zo van de bal gezet. Dat was me in Nederland niet vaak overkomen. Maar na een paar weken had ik me aangepast. Ik heb mijn draai gevonden.”

De statistieken bewijzen dat. Met dertien goals werd ze topscorer van Tyresö FF, dat als debutant na de zomerstop opklom naar de vierde plaats. De handtekening onder de contractverlenging is nog niet gezet, maar Van de Ven ziet geen beren op de weg. “Ik laat mijn leven nu leiden door het voetbal. Met mijn twee Duitse teamgenoten deel ik een huis, zeg maar een soort van showroom van Ikea. We hebben veel lol. Heimwee? Nee, niet echt. Er is vaak familie en vrienden over en bovendien ben ik om de zoveel weken in Nederland vanwege Oranje.”

Een sterk optreden met het Nederlands Elftal tijdens het EK van vorig jaar in Finland stond voor Van de Ven aan de basis van de transfer naar Zweden. Net op tijd, want de hype rondom de Oranje-vrouwen bleek van korte duur. “We hadden in de kwalificatiepoule voor het WK de pech op Noorwegen te stuiten. De nummer twee van de laatste editie. Vanuit Europa mogen slechts vier of vijf landen deelnemen aan het WK, dus kwalificatie is heel lastig met concurrenten als Duitsland, Zweden, Noorwegen, Engeland en Frankrijk. Toch merk ik dat wij met Nederland stappen hebben gemaakt. Vroeger was je blij als je tegen die landen mocht spelen, nu denken we: kom maar op.  De verschillen zijn aanzienlijk kleiner geworden.” Ondanks de inhaalslag die dus gemaakt moet worden. “In een land als Nederland heeft die ontwikkeling naar een echt topsportklimaat blijkbaar meer tijd nodig. Geef ons die tijd dan en serveer ons niet af! Het draagvlak vanaf de basis is er. Steeds meer meisjes gaan voetballen. Maar geef hen dezelfde mogelijkheden als de jongens. Laat de talenten meer dan twee keer per week trainen vanaf jongs aan, zoals bij de BVO’s al gebeurt. Doe iets met meiden die het niveau aankunnen en geef hen die de kans op een zo optimaal mogelijke ontwikkeling. Alleen dan overwin je op termijn de achterstand op andere landen. Laat ons rustig doorontwikkelen en stimuleer ons!” En weer die rode konen, want Van de Ven weet uit ondervinding hoe het ook anders kan.

Be Sociable, Share!