‘Geen robots’

foto Jo van Herpen
Binnen een paar dagen verspeelde DESO vorige week vijf punten. Niet alleen veel, maar bovenal opmerkelijk. De Ossenaren zijn namelijk titelkandidaat nummer één in 2H. Onderschatting of zit er wellicht ruis op de onderlinge communicatielijnen? “Misschien dat eerste onbewust een beetje. Maar vergeet niet dat wij de te kloppen ploeg zijn. Elke tegenstander is supergemotiveerd en daarnaast: wij zijn geen robots, hè.”
Nee, Roy Landers maakt zich geen al te grote zorgen in de aanloop naar de topper van komend weekend bij SVC 2000, door de misstappen van DESO huidig koploper met één puntje voorsprong. “Wij weten wat we kunnen. Dinsdag wonnen we alweer met 4-0 van Heeswijk in een oefenpotje”, zegt de verdediger, die met zijn team de heenwedstrijd tegen SVC met dezelfde cijfers naar zich toe trok. “Zij hadden toen nog geen goal tegen, hoewel ze nadien redelijk stabiel zijn gebleken. Maar hoe het zondag ook afloopt, zenuwachtig worden wij niet, hoor.”
“Ons doel is promotie en we zijn al verzekerd van nacompetitie. Het liefst gaan we direct over als kampioen, dat mag duidelijk zijn. Maar als extra wedstrijden onverhoopt nodig zijn, is DESO sterk genoeg om alsnog te promoveren.” Na de zomer wordt de ambitieuze club op papier nog sterker. Gevestigde namen als Mourad Mamaar, Bas van den Berk (beide UDI) en Ronald van Herpen (Gemert) gaven inmiddels hun jawoord. Andere sterkhouders als de broers Eveleens, Landers zelf en inmiddels ook Donny van Herpen blijven het rood en wit komend seizoen trouw.
Sterren
“Teveel sterren? Nee, hoor. Voor een aantal spelers was het aanblijven van Niels van Casteren een voorwaarde om ook toe te zeggen. Als coach is hij perfect in staat om alle karakters te managen. Puur door eerlijk en duidelijk te zijn. Naast zijn voetbalinhoudelijke kennis. Natuurlijk hebben wij vele mannetjes, maar Niels weet daar mee om te gaan. Bovendien moet je dat ook niet overdrijven. Wij vormen een soort van vriendenteam. Veel jongens kennen elkaar al heel lang. Gezelligheid en prestaties gaan bij ons hand in hand. De nieuwkomers zullen zich aan ons moeten aanpassen, maar wat dat betreft zie ik geen enkel probleem”, verzekert Landers, die via TOP Oss, Achilles’29 en OJC Rosmalen in de zomer van 2011 bij DESO – toen nog derdeklasser – belandde.
“Een club die weet wat het wil. Een club die ook zichtbaar groeiende is op allerlei niveaus. Waar naar toe? De grootste en hoogst spelende amateurclub van Oss worden. Met de geldbuidel? Tja, mensen roepen maar wat ze willen. Geloof me, bij DESO wordt bij lange na niet betaald wat er bij een hoofd- of topklasser betaald wordt. Zonder financiële middelen is het onmogelijk om te realiseren wat DESO voor ogen heeft, maar het blijft binnen normale proporties. De basis bij ons en eigenlijk ook binnen de hele vereniging is knokken, de wil om voor elkaar door het vuur te gaan. En niet geld. Ja, ik ken ze, de voorbeelden van een club als Dijkse Boys. Is niet te vergelijken met DESO. Let maar op, wij gaan dat de komende jaren bewijzen.”